Een bruinkokend ras (ouderwetse tuinbonensmaak en geschikt voor invriezen) met lange peulen van 30 cm lang. Ze geven een flinke opbrengst van 5-7 bonen per peul. Wit-zwart bloeiend en vrij laat rijpend. Dit is nog een van de weinige rassen met een zwarte navel, vroeger “boerentenen” genoemd omdat de vorm van een teen (dat is immers wel herkenbaar bij tuinbonen) gecombineerd werd met vuile nagels van een boer (die zwarte navel van de boon). Vergeet dit verhaal tijdens de smakelijke maaltijd maar!
Zaaimethode
Zaaien: bij zachte winters al in januari, anders februari-maart met een uitloop in april. Voorzaaien en uitplanten verdient voorkeur, houdt jonge planten compact door kou en veel licht. Plant- of zaaiafstand: tussen de rijen 75 cm, in de rij 10 cm. Een zomerzaai vanaf eind juni heeft ook kans van slagen.
100 gram